Gisteren droeg de geur van verlies,
een stilte die niet sprak
maar alles zei.
Ogen keken naar binnen,
waar het donker langzaam groeide.
Woorden vielen als bladeren,
te laat om nog te redden,
te zwaar om te vergeten.
Toch opent zich een scheur in de tijd
---
daar,waar hoop zich stil verschuilt.
Morgen ademt iets anders:
een licht,nog pril,
maar levend.
De handen die loslieten,
vinden weer richting.
En in het zachte ruisen van wat komt,
sluimert de vreugde
die gisteren nog onmogelijk leek.